INTERVIEW. Raymond van der Klundert (Kluun Live, Help, ik heb een puber!)

“Ik ga mensen terug katapulteren naar de tijd dat ze zelf puber waren.”
Na het succes van de bestseller Help ik heb een puber! en de gelijknamige podcast, toert Raymond van der Klundert (Kluun) vanaf half september door het land met een solovoorstelling. In een komische one-man show neemt Kluun zijn publiek mee op de reis van kind naar volwassene en blikt daarbij ook terug op herkenbare onzekerheden en worstelingen uit zijn eigen puberteit. Op donderdag 3 oktober staat hij in Theater De Maagd.

Door Yvanka van der Zwaan

Wat bracht je op het idee om, naast het boek en de podcast, ook een theatervoorstelling te maken?
‘Het onderwerp leent zich ervoor. Overal waar ik kom om over het boek ‘Help ik heb een puber! te vertellen, zit de zaal stampvol. Dat is ook niet zo gek als je je bedenkt dat iedere ouder vroeg of laat met de puberteit te maken krijgt en iedereen natuurlijk zelf ook ooit een puber is geweest. Daarbij merk ik dat ik het de laatste jaren steeds leuker vind om niet alleen maar voor te lezen, maar er meer theater van te maken. Dat merkte ik al toen ik ooit met Nightwriters op het podium stond, maar ook met de voorstelling die ik vorig jaar met Leon Verdonschot maakte over Bruce Springsteen. Ik voel mezelf ook meer een verteller dan een schrijver. Wat ik het allerleukste vind is als mensen zich vermaken én dat ze er ook nog iets van leren.’

En wat voor soort voorstelling kunnen we verwachten?
‘Het wordt een grappige, ontroerende voorstelling. Ik neem het publiek mee naar mijn eigen jeugd en vertel over de tijd dat ik een heel verlegen en onzeker jongetje was. Als dertienjarige droomde ik ervan een coole jongen te zijn, met meisjes te zoenen en met de stoere jongens te hangen. In plaats daarvan zat ik onder de pukkels, groeide m’n krulhaar recht omhoog en droeg ik een bril. Een uiterlijk dat, zoals Gerard van het Reve het ooit zei “niet uitnodigend voor geslachtelijke gemeenschap kan worden genoemd”. Tot overmaat van ramp kreeg ik in die tijd de bijnaam ‘kluns’. Mijn hele zijn werd bepaald door mijn onzekerheid over mijn uiterlijk. Tot ik het podium ontdekte en mijn onzekerheid over mijn uiterlijk een minder belangrijke rol begon te spelen. Ik bleek ergens goed in te zijn en op een gegeven moment dacht ik “hee ik ben minder onzeker dan vorig jaar”. En dat is natuurlijk exemplarisch voor die periode: het gaat over. Als ouder en als puber kun je je dat soms niet voorstellen of je staat er simpelweg niet bij stil maar de puberteit duurt maar een tijdje en daarna wordt alles beter. Ik ga daarom ook een soort meditatie doen met het publiek waarbij we een sprong vooruit gaan maken, naar de periode waarin alle puberellende achter ons ligt. Dan zeg ik tegen de zaal: “straks als je thuiskomt ligt alle rotzooi die je gevraagd had eventjes op te ruimen er nog en je weet ook dat je je puber morgen weer niet uit z’n bed krijgt. Maar probeer je eens voor te stellen dat je een paar jaar verder bent, dat alles vanzelf is goed gekomen. Je zult zien, dan lach je hier om.” Dus naast het lekker lachen om en over pubers, zit er ook echt die vooruitblik in de show die hopelijk leidt tot wat optimisme.’

Je neemt het publiek mee naar je eigen jeugd, betekent dit dat de voorstelling extra herkenbaar is voor leeftijdsgenoten?
‘Ik vertel over mijn eigen jeugd die zich eind jaren zeventig afpeelde maar het is niet specifiek geschikt voor leeftijdsgenoten. Het gaat over de reis van kind naar volwassenen en is in die zin voor alle ouders leuk. Ik ga mensen terug katapulteren naar de tijd dat ze zelf puber waren. Dat ze weer terug gaan denken aan hoe die periode eigenlijk voor henzelf verliep: “Hoe was ik ook alweer als brugklasser?” “Hoe was ik als 16-jarige?” Ik hoop dat de voorstelling door mijn verhalen en anekdotes, een spiegel vormt voor de eigen puberteit van het publiek.’

Met je voorstelling wil je mensen laten lachen maar ook laten reflecteren op hun eigen ervaringen als puber. Wat is in jouw ogen de grootste misvatting over pubers?
‘Dat pubers er iets aan kunnen doen dat ze zijn zoals ze zijn. Dat is niet waar. Het is het lichaam en het brein, die zijn nog niet af. Daarom zeg ik vaak: “heb een beetje mededogen, zorg dat ze in leven blijven en lach erom.” Een andere misvatting: dat de huidige puber veel ‘verder’ zou zijn dan wij ooit waren. Dat lijkt alleen maar zo. Ze doen wereldwijs, sprekend vloeiend Engels, pakken de trein overal naar toe en kunnen op hun telefoon allerlei dingen die wij niet snappen maar mentaal en fysiek zijn het dezelfde veertien- en vijftienjarige meisjes en jochies die wij waren. Omdat ze zo bijdehand lijken, wil niet zeggen dat het geen veertienjarige pubertjes zijn. We mogen best wat voorzichtiger zijn. Ze zijn misschien wel ietsje meer levenswijs dan wij vroeger maar niet zo levenswijs als ze zelf denken.’

Het boek Het boek help ik heb een puber! staat al bijna twee jaar onafgebroken in de bestsellerlijsten, gaan mensen die het boek al hebben gelezen nieuwe dingen horen of leren in de show?  
‘Ook als je het boek helemaal uit je hoofd kent, kun je nog prima naar de theatershow. De voorstelling is echt een nieuw verhaal, geen college over het boek. Margôt Ros, onder andere bekend van de komische televisieserie Toren C, is de regisseur en zij zegt ook: “Er moet zo weinig mogelijk inkomen wat al in het boek staat.” Ik ben dus al een maand of drie bezig met nieuwe teksten schrijven. Voor mij is deze show een soort kruising tussen twee vormen van creativiteit: die van het schrijven van een boek waar je iedere zin afweegt en die van de podcast waar ik gewoon roep wat me te binnen schiet.’

Met wat voor gevoel wil je dat mensen de zaal uitlopen?
‘Ik wil dat ze lekker veel gelachen hebben maar ook een beetje ontroerd zijn. Dat ze naar hun auto of fiets lopen en denken “ik ben niet de enige want bij Kluun en die mensen op de rij voor me, gaat het kennelijk ook allemaal mis”. En dat je daardoor ook meer accepteert en incasseert en misschien wel denkt “Ach wat is die egocentrische, stinkende, asociale puber van mij toch eigenlijk een schat”. Ik gun mensen de ontroering terug die ze vroeger hadden toen hun puber nog een baby was.

Kluun Live met Help, ik heb een puber!

Donderdag 3 oktober

Tickets

In Help, ik heb een puber! neemt Kluun je aan de hand van zijn eigen puberteit én die van zijn kinderen mee langs alle obstakels die pubers onderweg tegenkomen. We ontdekken waarom pubers hun bed niet uit kunnen komen. Waarom ze stinken en dat zelf niet doorhebben. We gaan het hebben over hormonen, over puber- én ouderseks, over pubertaal, over drank&drugs en over de ontroerende onzekerheid van pubers van nu en toen.